“Als ik kan herstellen, dan kun jij het ook”

Patty overwon haar eetstoornis en coacht nu anderen

Tien jaar lang leefde ze volgens strenge wetten en regels van haar eetstoornis. Toen was ze het zat. Ze wilde haar leven niet langer laten bepalen door een psychische stoornis. “Ik ben toch zeker wel sterker dan dat?” En zo ging ze met succes de strijd aan tegen de eetstoornis. Patty herstelde. “Ik ging eindelijk écht leven.” Nog eens tien jaar later besloot ze haar ervaring in te zetten bij het Leontienhuis. “Als ik het kan, kun jij het ook. Dat is mijn boodschap aan anderen.”

Patty heeft op haar 35-jarige al een berg ervaringen in het leven achter de rug. “Het is in ieder geval nooit saai.” Ze ontwikkelde een eetstoornis, herstelde daarvan, emigreerde naar Curaçao, trouwde daar, scheidde ook weer, verhuisde terug naar Nederland en woont nu opnieuw in het dorp waar ze geboren is, met haar grote liefde en zijn vier kinderen. “Tja, ik had denk even de tijd nodig om te ontdekken wie ik ben en wat ik wil. Normaal doe je dat in je pubertijd, maar toen bepaalde de eetstoornis mijn leven.”

“De eetstoornis dreef me tot waanzin”

Van haar 13e tot 23e jaar had Patty een eetstoornis. Anorexia en ‘Andere gespecificeerde voedings- of eetstoornis’, ook wel eetstoornis NAO (Niet Anderszins Omschreven), wisselden elkaar af. “De ene keer had ik meer ondergewicht dan de andere keer. Maar de obsessieve gedachten waren er altijd. Ook al zag ik er voor de buitenwereld soms beter uit, vanbinnen dreef de eetstoornis mij tot waanzin.”

Hoe zich dat uitte? “Ik was een onmogelijke puber, vooral voor mijn ouders. Er was geen land met mij te bezeilen.” Een schril contrast met het vrolijke, leuke meisje dat Patty tot die tijd was. “De eetstoornis bouwde een muur op mij heen. Ik hardde ontzettend af. Innerlijk stoeide ik met allerlei emoties, gevoelens en gedachten, maar ik wist niet hoe ik ze moest uiten. De eetstoornis gaf me houvast, een gevoel van controle.” Soms stapelden de opgekropte emoties zich zó hoog op, dat het er ongecontroleerd uit kwam. “Dan was het schreeuwen, schelden en janken in huis.” Iets waar ze achteraf met schaamte op terugkijkt. “Ik weet dat ik er niets aan kon doen, dat dit de eetstoornis was die mij gek maakte. Maar ik heb mijn ouders, broer en zus er veel pijn mee gedaan. Zij hebben zich heel veel zorgen gemaakt, toen ik weer eens niet thuiskwam bijvoorbeeld of mezelf voor mijn hoofd sloeg van ellende, in de hoop dat die gedachten zouden stoppen. Ik heb in die tijd echt de sfeer binnen het gezin bepaald.”

“Ik stond nog niet open voor hulp”

Haar ouders deden verwoede pogingen om Patty te helpen. “We zijn bij de huisarts geweest. En ik ben bij een psycholoog geweest.” Maar dat mocht niet baten. “Ik dacht dat ik ervoor open stond, maar stond dat in werkelijkheid niet.” De intrinsieke motivatie ontbrak bij de eigenwijze puber. “Ik had geen idee wat er met me aan de hand was. En als je zelf niet ziet dat je ziek bent, dan heb je ook geen hulp nodig, denk je dan. Zo simpel is het.”

Tot haar 23e. “Ik woonde toen al samen, had een goede baan en druk bestaan. Maar ik kon het allemaal maar net, of eigenlijk net niet, bijbenen. Het leven was zó vermoeiend. Ik kon er niet van genieten. De eetstoornis trok alle energie weg. Ik was fysiek en mentaal uitgeput. Altijd op het randje leven, qua gewicht, maar ook mentaal. Ik moest altijd de slimste, beste, leukste en knapste zijn. Van mezelf dan.” Terwijl de buitenwereld dacht dat het leven de perfectionistische Patty tegemoet lachte, liep ze op haar tandvlees. “Ik leefde het perfecte plaatje, maar zo voelde dat niet. Wie ben ik? Wat wil ik in het leven? Hoe ziet mijn toekomst eruit? Zo wilde ik niet oud worden, dat wist ik wel.”

Een intensief ambulant behandeltraject

Op een dag was ze er klaar mee. “Ik hing voor de zoveelste keer een smoes op als mijn vrienden uiteten gingen en lag ’s avonds laat op de grond dwangmatig buikspieroefeningen te doen. Dit was toch niet normaal?” Nee, zo vonden ook de therapeuten die het intakegesprek met Patty deden. Het advies: een intensief behandeltraject. “Nou, zo erg vond ik het nou ook weer niet. Ik dacht er met een paar keer praten wel klaar mee te zijn.” Voorafgaand het behandeltraject vond eerst een soort opbouwfase plaats: één middag in de week groepstherapie voor een paar weken. Als voorbereiding op de echte behandeling. “Dat vond ik een betere deal. Daarna zou ik er gewoon mee stoppen. ‘Ik zal ze wel even laten zien dat ik die intensieve behandeling niet nodig heb’, dacht ik naïef. Zelfs daar zag ik een prestatie in.”

Eenmaal aan het traject begonnen, liep het anders dan de prestatiegerichte Patty zorgvuldig had gepland. “Toen de sluizen naar mijn weggestopte emoties opengingen, kreeg ik ze bijna niet meer dicht. Alles kwam eruit. Al die gedachten en gevoelens die ik tien jaar lang zorgvuldig had weggedrukt. Na een paar weken verlangde ik zelfs naar het intensieve traject, als verlossing van deze ellende.”

Het roer om

Patty volgde een ambulante eetstoornisbehandeling. Eerst vijf dagen in de week, later twee en aan het einde van het traject onderging ze EMDR therapie, een traumabehandeling. “Al met al ben ik een jaar bezig geweest. Het herstel was zwaar. Eerst vooral het eten en bewegen, maar later ook de onderliggende gedachten en patronen die ik mezelf had aangeleerd. En natuurlijk de oorzaak.” Genetische aanleg, persoonlijkheidskenmerken als hooggevoeligheid en perfectionisme, in combinatie met seksueel misbruik maakte dat de jonge Patty op haar 13e verlangde naar controle. Die controle zocht ze in (niet) eten en gewicht. Het werd een obsessie. Een mechanisme dat ze jarenlang niet los durfde te laten, want wat zou er dan van haar overblijven? “Ik. Maar wie was ik? Geen idee.”

Tijdens de therapie kreeg ze haar eigenwaarde en zelfvertrouwen stap voor stap terug. “Ik durfde steeds meer op mijn gevoel te vertrouwen. En had de eetstoornis steeds minder nodig, waardoor de eetstoornis zijn functie verloor.” Na een jaar had Patty weer een gezonde blos op haar wangen en was de sprankeling van dat vrolijke, leuke meisje weer in haar ogen te zien. “Toen begon het grote avontuur: weer deelnemen aan de maatschappij. Mezelf durven zijn en eigen keuzes maken. En volhouden.” De eerste keuze was een vrij radicale. “Ik droomde er altijd al van om een tijdje naar het buitenland te gaan. Weg, op avontuur. Naar een warm land.” En zo vertrok ze een paar maanden nadat ze haar therapie had afgerond op de bonnefooi met een koffertje naar Curaçao. Voor een halfjaar, maar dat werd uiteindelijk 8,5 jaar. “Natuurlijk vond ik dat superspannend, maar het voelde als het juiste om te doen.” In een nieuwe omgeving waar niemand haar kende, maakte Patty een frisse start. “Ik leerde mijn eigen keuzes maken. Van een auto kopen, tot een baan zoeken en vrienden maken. Alles was dit keer mijn beslissing en niet de keuze van de eetstoornis. Dat heeft mij ongelooflijk gesterkt en gemaakt tot wie ik nu ben.”

“Ik gun dit gevoel iedereen”

Patty ontdekte het leven, met vallen en opstaan. “Dat is het leven. En het past bij me. Risico’s nemen, avonturen aangaan. Maar nu geniet ik er volop van. Ik doe alles met een glimlach. En heb geen psychische stoornis in mijn kop zitten waar ik van alles van moet.” Dat gunt ze iedereen. En daarom zet ze haar ervaring nu in bij het Leontienhuis. “Als ik een eetstoornis kan krijgen en overwinnen, dan kan iedereen dat. Dat weet ik zeker. Met die overtuiging wil ik anderen inspireren en begeleiden.”

Wegwerkzaamheden

Vanaf 15 november t/m 28 november wordt er aan de B weg gewerkt en wordt deze opnieuw geasfalteerd. Dit betekent dat het Leontienhuis met de auto deze periode niet direct bereikbaar is. Met de fiets blijven we wel bereikbaar. Auto’s kunnen geparkeerd worden in de woonwijk direct achter het Leontienhuis. 

Ons advies is om de ‘Baronessenhof’ in te voeren in de navigatie en in deze straat de auto te parkeren. Steek vervolgens het bruggetje aan het einde van de straat over en ga naar rechts. Je loopt vervolgens tegen de achterzijde van het Leontienhuis aan. Loop links om de tuin heen om bij de hoofdingang te komen.